Makreel rijk aan Omega 3

Makreel, ook wel Scomber Scombrus genoemd, is een vette vis en past daarom heel goed in een gezond dieet. De makreel heeft een langwerpig lichaam en groenblauwe rug. De makreel behoort tot de baarsachtigen. Vette vis betekent dat de vis rijk is aan omega 3-vetzuren naast de belangrijke voedingsstoffen zoals eiwitten, vitamine D en mineralen zoals calcium, ijzer, magnesium, fosfor, kalium, natrium, jodium en selenium. De omega 3-vetzuren zijn essentieel voor de ontwikkeling en het behoud van een gezond lichaam. 

Het hoge vitamine D gehalte in makreel is vooral belangrijk voor mensen die in een koud klimaat leven waar weinig of niet voldoende zonlicht aanwezig is. Sommige visoliën, zoals levertraan, bevatten ook enorm veel vitamine D. Een eetlepel levertraan levert zelfs 200 procent van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine D op. Makreel beschikt ook nog eens over de antioxidant co-enzym Q10. 

Het co-enzym Q10, soms ook alleen aangeduid als Q10 of ook bekend als CoQ10 of ubichinon-10 (engels:ubiquinon), is een vetoplosbare, vitamine-achtige stof die in alle menselijke en dierlijke cellen voorkomt. De belangrijkste functie van co-enzym Q10 is die van cofactor voor verschillende belangrijke omzettingsstappen in de energieproductie (ATP-productie) in de cel. Het is ook belangrijk als antioxidant. Co-enzym Q10 is structureel verwant aan vitamine K en vitamine E.

De makreel is een vis die in scholen, dicht bij het wateroppervlak, zwemt. Makreel is een zeer vraatzuchtige vis en voedt zich met organismen die in plankton voorkomen, kleine kreeftachtigen, garnaalachtigen en vislarven. Ze zwemmen daarbij met geopende bek door de wolken plankton en filteren de kleine kreeftjes, slakjes en dergelijke uit het water met hun kieuwzeef. Volwassen makrelen jagen ook op kleine vis, meestal sprot en jonge haring.

De makreel paait van mei tot juni in de centrale Noordzee en langs de zuidkust van Ierland. Het vrouwtje zet per seizoen tot 450.000 eieren af. De eitjes zweven in het water en de larven groeien binnen een jaar uit tot vissen van ruim 20 centimeter.

Makreel kan gestoomd of gerookt worden. Met stomen wordt de vis gaar met behulp van stoom (hete waterdamp). Met roken wordt de vis gaar door de warme rook van houtsnippers.
Wanneer makreel gerookt wordt dan wordt de vis vóór het roken gezouten en gewoonlijk ook gekruid. Er zijn twee manieren van zouten: droog en nat. Bij droog zouten wordt het zout gewoon op de vis gestrooid. Nat zouten heet pekelen: de vis wordt in pekel gelegd, een mengsel van zout en water. Na het zouten wordt de vis gedroogd, omdat de rook niet in een natte vis kan doordringen. Drogen gebeurt vaak in een speciaal drooghok, maar het kan ook in een rookoven door met een lage temperatuur de oven open te zetten. Na het drogen wordt de vis gerookt.