Diëten helpen niet
U heeft al van alles geprobeerd: brooddieet, fruitkuur, grapefruit dieet, sappenkuur, calorie-arm, vetarm, koolhydraatarm, zelfs een slaapkuur heeft niet veel geholpen. Al die diëten zijn in theorie prachtig en de resultaten verbluffend. Ook de reclamespotjes op televisie en in de bladen zijn veelbelovend… totdat u de 6 weken heeft volbracht en dan is het een grote teleurstelling en een frustratie.
Alles wat er met veel moeite af is gegaan komt nu in versneld tempo weer terug. Het bekende Jojo-effect. Niemand vertelt u ook hoe moeilijk het is als dat hongergevoel weer opkomt. Beschamend is het als het rond etenstijd is en je maag maakt allerlei soorten geluiden maakt tijdens een bespreking met een collega.
Een ander probleem is het afvallen op de juiste plekken. Het zijn meestal de dijen, de bovenarmen, de borsten, de billen en de taille waar het overtollig vet zit. Het zijn juist deze plekken waar het zo moeilijk is het overtollig vet weg te werken.
De meeste “Crashdiets” zijn gedoemd te mislukken (crashen!), omdat men een te grote eis stelt aan het lichaam.
Telkens wanneer u op een dergelijke crashdieet gaat, zegt u eigenlijk tegen uw lichaam “vanaf vandaag krijg je minder eten en ook minder vaak”. Uw lichaam heeft een natuurlijk mechanisme ingebouwd dat in werking treedt zodra het lichaam een periode van rantsoenering ingaat. Dat gebeurt bijvoorbeeld tijdens voedselschaarste, oorlog, extreme koude zoals we bij de dieren zien wanneer ze in een winterslaap gaan. Op dat moment gaat het lichaam in een lage energieverbruik functioneren. De spijsvertering wordt lager, de verbranding in het lichaam gaat ook op een lager pitje en u wordt langzamer, trager en het lichaam vraag niet (zo veel meer) naar voedsel. Dat is nou net niet wat u wilt. U wilt juist dat de verbranding aangezet wordt; de spijsvertering moet juist sneller gaan en ook de uitscheiding moet verhoogd worden. Dat betekent dat u juist meer moet gaan eten en meer moet gaan bewegen. Beweging, oefeningen, sporten zetten de koolhydraat- en vetverbranding aan en door extra te bewegen gaat u meer verbranden. U moet meer gaan eten want het lichaam heeft meer energie nodig om te verbranden. Deze energie moet komen uit gezond voedsel. Dat betekent veel fruit, veel groenten, veel bonen en granen. Vooral geen geraffineerde suikers, geen vet en geen chemische producten. Chemische producten verlagen de verbranding in het lichaam.
Een ander punt waar u rekening mee moet houden is dat u die 24 extra kilo’s niet binnen een week heeft gekregen. U moet de overtollige kilo’s ook over dezelfde periode weer kwijtraken. Nu vraagt u zich direct af “moet ik dus jaren op een dieet blijven?” Het antwoord is “ja”. Alleen zou ik u adviseren om het woord ‘dieet’ te veranderen. U gaat niet meer op dieet want dat heeft nooit geholpen. U gaat op een nieuwe ‘levensstijl’. Dat betekent dat u het een gewoonte maakt om uw lichaam alleen met gezonde producten te voeden. Het afvallen wordt nu verdeeld over een langere periode. Het voordeel is nu ook dat u geen moment meer vastlegt dat u stopt met het lichaam gezond te voeden.
Omdat u het afvallen over een lange periode uitstrijkt betekent het dat u van het wegen geen obsessie maakt. Stel dat u inderdaad 24 kilo’s moet en wilt afvallen. Daar trekt u een heel jaar voor uit. Dat betekent dat u per maand twee kilo’s moet afvallen; per week betekent dat 1 pond. Per dag betekent het dat u nauwelijks een ons moet afvallen wilt u uw streefgewicht over een jaar halen. Een ons per dag!… dat betekent elke dag uw metabolisme aanzetten, gezond eten en een keer in de week wegen! Een ons per dag is voor bijna iedereen gemakkelijk haalbaar.
Na een aantal weken wordt het wegen ook niet meer belangrijk; u zult ook merken dat afname van gewicht toch langzamer gaat dan u denkt of gehoopt had. Hou rekening met het volgende: een kilo vet neemt meer ruimte in dan een kilo vleesmassa. Dit houdt in dat wanneer u enkele kilo’s vet verliest en door oefening 1 kilo spierweefsel erbij krijgt, dat u het niet zult merken op de weegschaal. U zult het wel aan de kleren merken. Daarom is het verstandig om een keer per maand de omtrek te meten van de bovenarm, borst, buik, hals, billen, bovenbeen en kuit. U moet wel zorgen dat u steeds op dezelfde plekken meet. De meetlint is vaak belangrijker dan de weegschaal.
Low calorie: betekent dat het product minder dan 40 calorieën per portie bevat (met portie wordt bedoeld de maat b.v. kopje, glas, lepel of een maat dat aangegeven is bij of in het product).
Low sodium: 140 mg of minder per portie.
Very low Sodium: minder dan 35 mg per portie.
Sodium free: minder dan 5 mg per portie.
Low fat: 3 gr of minder per portie.
Low saturated fat: betekent 1 gram of minder per portie
Low Cholesterol: betekent 20mg of minder per portie
High source of: geeft de voordelen aan van een voedingsstof in het product zoals zemelen of vitamines
High / excellent source of: bevat 20 procent of meer van de dagelijkse waarde van een bepaalde voedingstof in het product.
Good source of: voorziet 10 tot 19% van de dagelijkse waarde van een bepaalde voedingsstof
Reduced, less, light, more: zijn termen die de vergelijking maken met een gangbaar product of een gelijkend product.
Reduced: betekent dat het product ten minste 25% minder van een bepaalde voedingsstof heeft of 25% minder calorieën dan een gangbaar product.
Less: betekent dat het product 25% minder heeft van een bepaalde voedingsstof of 25% minder calorieën dan gelijkend product. B.v. krakelingen hebben 25% minder (less) vet dan chips.
Light/lite: betekent dat een product 1/3 minder calorieën bevat of de helft van de hoeveelheid vet bevat vergeleken bij een gelijkend product.
Als u ziet staan ‘light in Sodium’ betekent dat het product 50% minder zout bevat dan een gelijkend product.
More: betekent dat een product 10% meer bevat van een bepaalde voedingsstof b.v. meer vezels, vitamines enz.
Fresh: betekent dat het product niet verhit is, niet bevroren is en dat het geen conserveringsmiddelen bevat.
Lean/ extra lean: beschrijft het vetgehalte van vlees, gevogelte, zeedieren en wild. Lean: is minder dan 10 gram vet per portie.
Extra lean: is minder dan 5 gram vet per portie.
Percent fat free: wordt alleen gebruikt om voedsel te beschrijven met een laag percentage aan vet.
Natural/organic: verschijnt op vele producten, maar het heeft geen wettelijke betekenis. Een etiket kan aangeven dat het product ‘natural’ is en dat het geen conserveringsmiddelen bevat of geen MSG terwijl direct naast het product een ander product staat waar het woord ‘natural’ niet op voorkomt, geen aanwijzingen geeft over de gezondheidswaarde, geen aanwijzing geeft over MSG of conservering en toch veel lager is in prijs.
Toch is er een gretige aftrek van ‘natural foods’. Kijk dus vooral uit als een product aangeprezen wordt met ‘natuurlijk’; het kan best alleen beteken dat het duurder is.
Er zijn enkele voedingsmiddelen waarbij de fabrikant of leverancier niet verplicht is te vermelden wat er in het product zit. Dit zijn producten waarvan de verpakking zo klein is dat er geen ruimte is om er een lijst op te vermelden. Producten zoals snoepjes en reepjes. Er moet echter wel een adres en telefoon nummer op staan, zodat de consument indien wenselijk wel een lijst kan opvragen. Andere producten die niet verplicht zijn om de samenstelling (additieven) te vermelden zijn:
– producten van een klein bedrijf (verkoop van voedingmiddelen minder dan $ 50.000,– per jaar).
– voedsel dat direct klaar is voor consumptie b.v. in een restaurant, ziekenhuis, cafetaria’s, vliegtuigen, of straatverkopers (met de sandwich, loempia’s, pinda’s en pasteitjes).
– producten die klaar zijn om geconsumeerd te worden en die ter plekke geproduceerd worden zoals de producten van bakkers, snoepwinkels en winkels in belegde broodjes.
– voedsel dat in grote hoeveelheden verpakt wordt, zolang het niet direct klaar is om aan de consument aangeboden te worden.
– medisch voedsel
– koffie, thee, smaakstoffen, kleurstoffen, enkele kruiden en ander voedsel dat niet een belangrijk hoeveelheid voedingsstoffen bevat.
– voedsel dat gedoneerd is
– producten die voor de export zijn
– producten die minder wegen dan een ons en die geen middelen zijn waarvan gezegd kan worden dat deze de gezondheid verbeteren.
Toch is en blijft het moeilijk voor de consument want naast bovenstaande blijf je nog met grote vraagtekens lopen als je van het product de lijst van ingrediënten leest.
Ik heb voor mezelf de proef op de som genomen; ik ben een supermarkt binnengestapt en heb maar enkele producten bekeken. Ik had al moeite met het lezen (soms zijn de letters zo klein, dat ik zelfs met de directe hulp van een oogarts de letters niet kon lezen) en uitspreken van de additieven. Laat staan dat ik wist wat het allemaal betekende.